Bijna een halve eeuw was het bloembollencorso-ontwerp handen van de familie Van Driel. Ik realiseerde mij dat toen ik de persconferentie voor de 77ste keer op 20 april dat het corso wordt gehouden. Dat was op de Keukenhof (waar anders?), die dan wel 75 jaar bestaat, maar directeur Sandra Bechtholt kon er niet omheen dat het bloembollencorso twee jaar ouder is.

Ik herinner mij dat ik ooit voor de Volkskrant een artikel schreef onder de kop ‘Corso-ontwerpers kruisen de degens’. Dat ging destijds tussen de in Amstelveen wonende eerste ontwerper Toon Nooijons van het Aalsmeerse corso de eerste corso-ontwerper van dat van dat van de bollenstreek Jos van Driel, die het van 1951 af dertig jaar volhield en wiens zoon Kees opvolgde en tot 1998 aanbleef.

Conflict

Het conflict zat er in dat Nooijons vond dat bloemen het best tot hun recht komen als zij in de vorm van een toef (een fraai boeket) op praalwagens worden gepresenteerd en niet, zoals ook onder meer in Zundert, op de bloembollencorso manier afgesneden rond allerlei afbeeldingen. Dan doe je kwekers verdriet, die stelen van bijvoorbeeld rozen, zo lang mogelijk proberen te krijgen, was zijn redenering. Wat Van Driel doet is alleen schilderen met bloemen, zei hij.

Het Aalsmeerse corso, dat elk jaar op de landelijke tv verscheen en waarvoor een tribune voor genodigden op de Dam verscheen, waarin een veelheid van soorten bloemen werd gepresenteerd, is sinds 2007 ter ziele. Na Nooijens kwamen Harry Bouwmeester en Frits Vogel als ontwerpers. Er is nog sprake van geweest dat de Flower Parade Rijnsburg, die ongeveer dezelfde opvattingen qua ontwerp als aan het Aalsmeerse corso ten grondslag lag, naar Aalsmeer (en omgekeerd) kwam. Maar dat is er nooit van gekomen. En het schilderen heeft toch gewonnen, want de gemiddelde Nederlander houdt daar kennelijk meer van. Meer van kleurrijke beelden dan van vazen bloemen. Er zijn nu dertig bloemencorso’s in het land en de Unesco heeft die tot nationaal erfgoed verklaard. Bij de meesten is het ‘schilderen’ usance. Er worden in de bollenstreek ook minder bloemen geteeld dan men in de Aalsmeerse veiling ziet en tijdens de corsodagen is er in wijde omgeving van de bollenstreek – met de Keukenhof in Lisse als stralend middelpunt – geen hotelkamer meer vrij. En niet voor niets is de tulp een van Nederlands symbolen.

Bollen

Sinds het corso van Aalsmeer is verdwenen, geniet naar mijn smaak dat van de bollenstreek in populariteit nog toegenomen. Het doet op de zaterdag 20 april zo ongeveer alle plaatsen van de bollenstreek aan en is daar van ’s morgens 9 uur tot 10 uur ’s avonds mee bezig. Het rijdt, nadat het in Noorwijkerhout al vrijdagavond door de directeur van de Keukenhof is geopend, de volgende dag door Noordwijk, Voorhout, Sassenheim, Lisse, Hollegom, Bennebroek en Heemstede om de eindigen op de Turfmarkt in bloemenstad Haarlem.

Het 77ste corso krijgt geen centraal thema, maat elke praalwagen heeft zijn eigen verhaal, vertelde voorzitter Willem Heemskerk, die op de persconferentie ook meldde dat op 12 april 2025 get volgende corso rijdt. “De eerste wagen praalwagen wordt nu al gebouwd en kunnen we omschrijven als ‘zoals geen ander’.” Hij wordt wereldwijd al vast getoond  tijdens de Formula 1 Heineken Dutch Grand Prix in augustus van dit jaar.

Vrijwilligers

Intussen is ook het bloembollencorso een kwestie van vrijwilligers. Daaraan heeft de organiserende stichting dan ook een tekort. Zij worden ingezet als verkeersregelaars in Lisse en Hillegom en tribunehelpers. Maar bestuurslid Henk de Jong is naarstig op zoek naar verkeersregelaars. “We hebben voor corsozaterdag 20 april op een paar plekken nog verkeersregelaars nodig in Lisse en Hillegom. De inzet duurt meestal zo’n twee uur en is vaak alleen nodig op één plek”, zegt hij.

Het bolbloemencorso begon in 1947 met amaryllis- en hyacintenkweker Willem Warmenhoven uit Hillegom, die op zijn vrachtwagentje een walvis maakte van blauwe en witte hyacinten en daarmee van Hillegom naar Lisse reed. Dat is uitgegroeid tot een niet meer weg te denken traditie. Het Bloemencorso Bollenstreek is het grootste voorjaarsevenement noemen dat er bestaat,  zegt de organiserende stichting. In Noordwijkerhout zal het corso van 15.30 uur af  op vrijdag 19 april fotomomenten opleveren. Aansluitend rijdt het corso ’s avonds feestelijk verlicht door Noordwijkerhout. Dit lichtjescorso zorgt voor weer een heel andere corsobeleving. Zaterdag 20 april rijdt het Bloemencorso Bollenstreek dus zijn meer dan 40 km lange kleurrijke route van Noordwijk naar Haarlem. De optocht wordt vooraf gegaan door de Vriendenparade, waarmee niet alleen het corso wordt aangekondigd, maar ook de mogelijkheid wordt geboden stroopwafels te kopen.

15 praalwagens

In de stoet rijden vijftien praalwagens mee en zo’n dertig met bloemen versierde luxe en bijzondere wagens, begeleid door muziekkorpsen. Langs de gehele route is er voldoende ruimte voor de vele honderdduizenden bezoekers. En of het allemaal nog niet genoeg is wordt het corsofeestje op zondag 21 april nog verder gevierd in de binnenstad van Haarlem, waar de praalwagens nog tot 17.00 uur te bewonderen zijn.

Achter de schermen

Het Bloemencorso Bollenstreek is het enige evenement in de wereld waarvan de praalwagens worden opgebouwd met bolbloemen zoals heerlijk geurende hyacinten, tulpen en narcissen. Dat gebeuren is ook te bewonderen is in Tennishal de Klinkenberg aan de Rijksstraatweg 52 in Sassenheim. Een bezoekje aan de opbouwdagen, die men voor internationale gasten ‘decoration days’ noemt, een ‘Kijkje achter de schermen’ zogezegd, is geopend voor publiek en vindt plaats op woensdag 17 april, donderdag 18 april en op vrijdagmorgen 19 april (tot 12.00 uur). De opbouwdagen worden traditiegetrouw op woensdagmiddag officieel gestart met de eerste steek op de praalwagen van de gemeente Teylingen door de burgemeester en een prominent.

Foto: directeur Keukenhof (2e van links) met enkele burgemeesters en wethouders uit de bolbloemenstreek.

LAAT EEN REACTIE ACHTER

Vul alstublieft uw commentaar in!
Vul hier uw naam in

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.