Op initiatief van het Taalcafé is er button ontwikkeld met de tekst ‘Spreek Nederlands met mij’. Wethouder Marijn van Ballegooijen vindt dat een ‘mooi initiatief’.
Internationals kunnen er mee aangeven dat ze graag Nederlands spreken met mensen die ze tegenkomen op straat, zegt de wethouder.
Geen Engels
Nederlanders spreken over het algemeen ook wel Engels en schakelen daar automatisch naar over als ze denken dat ze met iemand uit het buitenland te maken hebben. “Vriendelijk bedoeld, maar misschien spreekt die persoon geen Engels of heeft hij of zij juist behoefte de Nederlandse taal machtig te worden”, zegt Van Ballegooijen. “Met deze button kunnen ze dat nu aangeven.”
Taalcafé
De wethouder was dinsdag, uiteraard weer zonder de media, aanwezig bij het Taalcafé in de bibliotheek aan het Stadsplein om de eerste button op te spelden. Het Taalcafé, onderdeel van het Taalhuis, startte in 2018 om internationals op een informele manier Nederlands met elkaar te laten spreken. Met een kop koffie en onder begeleiding van een taalvrijwilliger worden deelnemers verleid iets te zeggen in het Nederlands. Samen praten helpt internationals beter de taal te spreken, zegt de gemeente. Gemiddeld bezoeken tussen de vijftien en twintig inwoners per week het Taalcafé.
Taalvrijwilligers gezocht
Het Taalhuis is altijd op zoek naar vrijwilligers om te helpen. “Je kunt echt het verschil maken en het is bovendien heel gezellig”, zegt Van Ballegooijen. Geïnteresseerden kunnen zich melden via dnagelhout@vrijwilligerscentrale-amstelland.nl of bellen met het Taalhuis 020-5455578. Maar dat laatste kan maar zes uur per week: dinsdag- en donderdagmiddag tussen 13.00 en 16.00 uur.
Op 1 Amstelveen heeft men ook een programma in het Engels voor “internationals”, maar in Amstelveen worden hiermee meestal hooggeschoolde expats mee bedoeld, maar als taalcoach bij het Taalhuis ben ik ook vaak vele andere tegengekomen. Vanaf praktisch analfabeet tot WO geschoold, vanaf bouwvakker tot computerdeskundige, ook in allerlei leeftijdscategorieën. Veel zijn ook statushouder.
Zou niet op 1 Amstelveen een programma kunnen komen waar in het meest basale Nederlands wordt aangeleerd? Ik denk dat daar ook bij vele andere lokale omroepen vraag naar kan zijn.
Is Nederlandse taalonderwijs een taak voor een ‘lokale’ omroep? En kun je dat op zo’n manier doen dat het voor alle niveaus interessant is? Er zijn op Internet tal van (gratis) mogelijkheden om Nederlands te leren (ook bij Taalhuis.nl). De meeste internationals zijn prima in staat dit te vinden. Bovendien kun je op YouTube alle 1Amstelveen uitzendingen real-time laten ondertitelen in 100+ talen.
Fantastisch dat je taalcoach bent, want persoonlijke training is natuurlijk nog beter.
Pure kletskoek! 95% heeft een inburgeringscursus gevolgd, maar in de praktijk kunnen ze er nog niet veel van of zijn ze te bang om fouten te maken. Het gaat er gewoon om dat ze in een “taalbad” komen en dan gaat de rest vanzelf wel. En bij zo’n taalbad kan TV ook helpen naast nog vele andere zaken zoals u zelf zegt.
Met het leren van wat idioom en grammaticale regels ben je er nog lang niet. Dan begint het pas.
Hoezo ‘pure kletskoek’, Frank? Wat Bas schrijft is toch óók waar? Leer jij jouw leerlingen om tegen alles en iedereen steeds ‘pure kletskoek’ te zeggen? Daar zullen zij in NL ver mee komen. Iedereen zijn eigen gelijk.
35 Jaar geleden begeleidde ik cursussen in de eerste beginselen van omgaan met computers en software. Daarbij kon ik gebruik maken van een door Chanovski Audiovisual Productions ontwikkeld interactief beeldplaatprogramma. Op die manier kon iedereen in zijn of haar eigen tempo werken, snel of langzaam. Ik begreep destijds niet waarom de overheid die methode niet samen met Philips en IBM op grote schaal heeft ingezet tbv inburgeringscursussen.
Dat soort cursussen werden dus ook indertijd op leerkrachten losgelaten. Van het hele team ( een 30 mensen) was er dus 1 geslaagd. Het probleem juist bij computercursussen dat de ontwikkelaars allemaal deskundig zijn op het gebied van computers, maar heel weinig kaas hebben gegeten van onderwijs. Het werkt alleen voor practice en drill oefeningen .
Trouwens interactieve leermethodes heb ik al op de lagere school gehad. Je had ze ook in boekvorm.
Je hebt goede cursussen/ docenten/ begeleiders en slechte.
Een interactieve cursus in boekvorm lijkt mij een contradictio in terminis. Een boek reageert niet op de lezer.
Je hebt inderdaad gelijk als je kijkt naar de laatste 25 jaar. Maar daarvoor had je wel degelijk leerboeken waarin hetzelfde principe werd toegepast. ( bij antwoord x ga naar blz… en bij antwoord y ga dan naar blz ….. enz.) Volgens mij werd het toen geprogrammeerde instructie genoemd, maar het principe is hetzelfde.
Laten wij als Nederlanders weer eens proberen ‘hen’ te gebruiken i.p.v. ‘ze’.
Natuurlijk, het is geen ramp. Maar het erodeert zo. Waarom heb ik het dan moeten leren?
“Praat zoveel mogelijk Nederlands met ze.”, zegt de wethouder….. Daar ga je al 👍