Hoewel de gemeenteraad vorige maand unaniem met het voorstel van de fractie instemde, blijft D66 zich inzetten voor het al in het AZC (Asielzoekerscentrum) Nederlands leren aan asielzoekers met een verblijfsvergunning, zogenaamde statushouders. Zij moeten zoveel als mogelijk op het AZC al starten met inburgeringstrajecten, in plaats van pas als zij in Amstelveen wonen, vinden de Democraten.
In 2022 gaat de nieuwe Wet inburgering in, waaruit de lokale verordening voortkwam. Het doel van de wet is dat statushouders zo snel mogelijk meedoen en werk vinden.
‘Handen en voeten’
In het inburgeringsbeleid van de gemeente geeft volgens D66 de integratie en inburgering van Amstelveense statushouders ‘handen en voeten’. Dat wordt volgende maand door de raad bekrachtigd, inclusief het voorstel van D66 in het AZC al te starten met de inburgering.
Volgens de voorschriften moeten statushouders, nadat zij een verblijfsvergunning kregen, binnen tien tot twaalf weken uit een AZC doorstromen naar een woning in de gemeente waar zij aan gekoppeld zijn. In de tussentijd kunnen zij vrijwillig meedoen aan scholingsmodules die Centraal Orgaan opvang asielzoekers (COA) voor maximaal 14 weken aanbiedt.
Wachttijd
Maar de praktijk is dat statushouders vaak heel veel langer op een AZC verblijven omdat zij wachten op een woning in Amstelveen. Daardoor is het scholingsaanbod van het COA te kort en bij lange na niet toereikend, vindt D66. “Het dekt niet de hele wachttijd”, zegt Saloua Chaara. “Elke dag dat een statushouder hier in Nederland op zijn handen moet zitten en niet kan werken aan zijn of haar integratie is wat ons betreft een verloren dag.” Daardoor wordt de inburgering volgens haar vertraagd de inburgering, komen mensen minder snel aan het werk en voelen statushouders zich minder snel onderdeel van de samenleving. De wachttijd in het AZC moet wat haar betreft maximaal benut worden voor scholing en taallessen.
In het oorspronkelijke inburgeringsbeleid van de gemeente stond dat de trajecten pas starten als statushouders echt in Amstelveen wonen. Het amendement dat in de aanpassing voorzag werd vorige maand mee-ingediend door het CDA, GroenLinks, VVD, Lijst Höcker, bbA, ChrstenUnie, SBA en PvdA.
In principe kan ik me wel vinden in dat voorstel van D66, maar aan de andere kant ook weer niet, vanwege drie redenen. Ten eerste zal de beginsituatie dan nog meer uiteen lopen. Deze statushouders worden ook vaak van het ene centrum naar het andere overgeplaatst gedurende de gehele procedure, waar zij vaak onder chaotische toestanden moeten leven. Ten tweede deze mensen moeten ook heel wat praktische zaken regelen als ze hun huis krijgen toegewezen, zoals de inrichting, contacten met de gemeente, zoeken werk,scholing enz. Ten derde deze mensen hebben meestal rotdingen meegemaakt en daar moet je ook rekening mee houden. Dus alles moet toegepast worden met de menselijke maat, hetgeen bij een enkele ambtenaar wel eens ontbreekt en ook bij een enkele politicus. Maw niet pamperen maar ook niet rigide.