“Heel goed dat de scholen nu geld krijgen om ook kinderen van ouders met weinig inkomsten aan sport- en andere activiteiten te laten deelnemen”, zei kinderburgemeester Jara Zurr maandagmorgen. Samen met de wethouders Frank Berkhout (Onderwijs) en Marijn van Ballegooijen (Welzijn) was zij naar de brede school Omnibus gekomen om daar een symbolische cheque van vijftig mille te overhandigen, die de openbare basisscholen voor dat doel krijgen.
Op die manier wil de gemeente armoede ook op scholen bestrijden. Dat is trouwens een van de speerpunten in het programma ´Amstelveen voor iedereen´ van de kinderburgemeester, maar was ook bij haar verkiezing een thema dat in de presentaties van andere deelnemers aan de strijd om die functie voorkwam, vertelde Frank Berkhout. “Wij hebben daarom in B&W besloten dat wij er iets aan moeten doen.” Zurr wil dat alle kinderen aan alle schoolactiviteiten mee kunnen doen, ongeacht het inkomen van hun ouders.
Bureaucratie
Het geld, overigens afkomstig van de door het Rijk gevoteerde zogenoemde Klijnsmagelden, is bestemd voor de probleemgevallen op alle scholen, maar soms liggen die niet in de wijken waar armoede speelt, zoals bij de Omnibus aan Pandora, gelegen in de (volgens de gemeente) achterstandswijk Bankras.
Het gaat om kinderen wier ouders extra’s van de school, zoals een schoolreisje en buitenschools voetbal, niet kunnen bekostigen. Er zijn overigens bij de gemeente zestien regelingen voor minima, maar veel wegen er heen zijn nogal bureaucratisch, vertelde Van Ballegooijen. Men moet bijvoorbeeld met formulieren door de ambtelijke molen op het Raadhuis. Door het geld bij de scholen te stallen en de directies ervan te laten uitmaken naar welke kinderen het gaat, werkt het een stuk gemakkelijker en sneller, dacht de wethouder. Leraren weten volgens hem precies welk kind de financiële steun nodig heeft.
Praktijk
Volgens Van Ballegooijen moeten er in Amstelveen ongeveer drieduizend kinderen zijn, die geen geld hebben voor bijvoorbeeld huiswerkbegeleiding en sportactiviteiten. Hooguit de helft van hen wordt via bestaande regelingen bereikt. “Het bereiken van kinderen is heel moeilijk, ook al door die bureaucratie. Schoolmeesters zitten midden in de praktijk.”
Berkhout: “Wij speelden al langer met de gedachte armoedebestrijding en onderwijs bij elkaar te laten komen. Op een heel simpele manier komt nu het geld terecht waar het nodig.”
Bij nijpend het probleem kan zijn blijkt volgens directeur Frank Roël van de brede school Omnibus tijdens schoolvakanties, als kinderen voor wie geen extra geld uitgegeven kan worden elke dag op een schoolplein spelen. “Hun ouders zijn in feite blij als de vakantie voorbij is. Ik vind het top dat de politiek het armoedeprobleem nu breed heeft opgepakt met een campagne.”
Vertrouwen
Ook uit het onderwijsveld klonk aanhoudend de roep: Geen ons het vertrouwen om het geld goed uit te geven. De wethouders: “Inderdaad, jullie weten welke kinderen met niet meet passende en daardoor open geknipte schoenen naar school komen.”
Het gaat, zei Roël, om de kinderen, niet om morele oordelen die ouders soms treffen. “En er zijn geen armoedige scholen, maar arme wijken.” De cheque werd symbolisch aangeboden aan de schoolbesturen in de personen van Frans Cornet en Marlies Verkuijlen (foto rechts). In het midden op de foto kinderburgemeester Jara Zurr en links van haar respectievelijk de wethouders Berkhout (uiterst rechts) en Van Ballegooijen.
Wethouders Berkhout en Van Ballegooijen: “De scholen kunnen met dit budget een positieve bijdrage leveren aan de schoolloopbaan van kinderen op hun basisschool. Een belangrijke periode in hun jonge leven. Zo worden deze kinderen minder gepest, krijgen meer zelfvertrouwen en worden hun kansen in de maatschappij vergroot.“