Negentig procent van de deelnemers uit Amstelveen aan een onderzoek van prof. Maurice de Greef (professor in de ‘laaggeleerdheid’) van de universiteit in Leuven (B), die al vele jaren de taalcouches volgt, blijkt te ervaren dat zij na een half jaar Nederlands kunnen toepassen in de praktijk. Taalhuis Amstelland nam aan dat onderzoek deel. In 2023 was dat nog 87%.
Het ‘sociale inclusie project’, zoals het onderzoek heet, bestaat uit een vragenlijst.
Vrijwilligers
Doe vullen zij samen in met één van de taalhuisteam vrijwilligers. De vragen gaan bijvoorbeeld erover of men naar Nederlandse TV kijkt of Nederlandse radio luistert en over of men mensen ontmoet of je aan sport doet. Kortom allerlei vragen die te maken hebben met het sociaal domein en basisvaardigheden. Deze vragenlijst neemt het ‘taalmaatje’ mee naar zijn/haar taalcoach. Dat is de zogeheten 0-meting.
Lijsten
Na ongeveer zes maanden stuurt de taalcoach dezelfde vragenlijst voor een tweede meting. Het ‘taalmaatje’ vult nog een keer deze lijst met vragen in, deze keer samen met de taalcoach. De taalcoach stuurt die naar de leiding van het Taalhuis. “Als we de beide metingen hebben, verwerken wij deze data in het daarvoor speciaal gemaakte systeem van Maurice de Greef”, zegt die. “Over het afgelopen jaar verwerkten we zo vele lijsten van Amstelveen.”
Resultaten
Het Taalhuis noemt de resultaten van het onderzoek “fantastisch” waar het enorm is. “Temeer omdat het landelijk resultaat van dit project veel lager is: 59%. Alle credits voor deze fantastische resultaten gaan naar de taalcoaches, die oefenen met taalmaatjes.”
Het laat volgens het managent van het Taalhuis zien dat taalcoaching de taalvrager ook écht helpt. “Zowel qua taal als het zich prettiger voelen in de maatschappij.” Het probeert de taalcoaches zo goed mogelijk te faciliteren met o.a. trainingen en workshops.














































Ik heb dit werk nu een 9 jaar gedaan. De meeste hadden wel een passieve woordenschat van een 1000 tot 1500. Ze waren vaak te bang om fouten te maken. Daar moest ik ze overheen helpen en ik houd het nagenoeg altijd verbaal. Ook moet je duidelijke afspraken maken wat betreft tijden, afzeggen enz. . En oh ja nog iets , waarom moet er een foto van een vrouw met een hoofddoek bij. Ik heb in al die tijd wel 20 vrouwen begeleid, waarvan zegge en schrijven 1 met een hoofddoek en niet eens altijd.
Nou Frank, die hoofddoek gaat niet meer af. Iedereen heeft het recht zich te kleden zoals hij of zij wil, maar het aantal hoofddoeken neemt enorm toe de laatste tijd.
En natuurlijk heb ik er geen last van, maar het is een zorgwekkende ontwikkeling. Dat is PVV-taal. Een partij waar ik niets, maar dan ook niets mee heb. Maar kijk wat er op privéscholen gebeurt. Er vindt parallel onderwijs plaats. Van overheidswege krijgen de leerlingen te horen dat ieder mens volgens de grondwet zich vrij mag ontwikkelen, maar daarbij wordt op reformatorische scholen en trouwens ook op islamitische scholen onderwezen dat de vrouw moet gehoorzamen aan de man. Ik wist niet wat ik hoorde.
En er zijn heel veel mensen die dit ook vinden maar hun mening voor zich houden. Een hoofddoek is gewoon een kledingstuk dat iemand mooi vindt om te dragen. Maar wat men vergeet is de kracht van symbolen. Symbolen kunnen als wapen gebruikt worden. Dat zagen we met de Prinsenvlaggen bij de rellen in Den Haag. Ik ben niet positief gestemd. Maar goed, dat is van generlei belang en doet niets af aan de realiteit.
Wat ik wel steeds dichterbij zie komen is de afschaffing van artikel 23, de vrijheid van onderwijs. Kan nog een tijdje duren, maar die gaat natuurlijk op de helling. En ik denk terecht. Scheiding van kerk en staat dient naar mijn mening uitgebreid te worden met onderwijs. We leven in een totaal andere tijd dan toen de vrijheid van onderwijs tot stand kwam. Je moet je eigen normen en waarden durven te evolueren.
De hoofddoek geeft fijn stof tot nadenken 😉 (om het een beetje luchtig te houden.) En voor alle duidelijkheid; ik heb niets tegen de dames die er een dragen. Dat zijn veelal schatten! Maar het moet bespreekbaar zijn. En alstublieft, overtuig mij dat ik het verkeerd zie en ik ben om.
Als het in media gaat over moslima’s gaat het meestal vergezeld van beelden vaaan hoofddoeken . Dat is gewoon een vreemde beeldvorming. Er zijn zat moslima die er westers bijlopen. Voor derest interesseert een hoofd mij geen bal. Even iets anders wist u dat deze groep het állerbeste presteert in het WO.
“Als het in media gaat over moslima’s gaat het meestal vergezeld van beelden vaaan hoofddoeken . Dat is gewoon een vreemde beeldvorming. Er zijn zat moslima die er westers bijlopen.”
Daar zit het probleem ook niet. Een moslima zonder hoofddoek zal over het algemeen ook een mildere vorm van de islam aanhangen. Grof gesteld.
De milde islam is een aanwinst voor het westen. De fundamentalistische vind ik verwerpelijk. Het toenemend aantal hoofddoeken vind ik geen positief signaal.
We denken daar anders over, Frank. Gelukkig mag dat nog.
Het “sociale inclusie project”? Is het project sociaal of is de inclusie sociaal?
Inhoudelijk zoals gewoonlijk weer niets te melden.
Schokkend: als voormalig onderwijzer vindt Frank het niet belangrijk dat mensen goed Nederlands kunnen schrijven. Mensen die de Nederlandse taal niet of niet goed machtig zijn, hebben een afstand tot de arbeidsmarkt. Mij dunkt dat dit wel inhoudelijk is en zelfs van groot inhoudelijk belang.
Vindt u, dan heeft een 70% van de Nederlanders een afstand tot de arbeidsmarkt.😂Menig vakman verdient flink meer dan een hooggeschoolde, maar kan niet goed spellen.
Bovendien bij het Taalhuis krijg je maar 1 tot 3 uur les van vrijwilligers die een kleine cursus hebben gevolgd voor in principe een week of 40. Voor het echte werk werk zul je naar een officiële cursus moeten. De meeste mensen die ik heb gehad ( een 25) zaten juist met spreken en luisteren, terwijl ze wel de inburgeringscursus B1/2 hadden gevolgd. Trouwens u schijnt er van alles van af te weten, geef u dan op als vrijwilliger.