‘Sportformateurs’ heten ze blijkbaar. Joris van Soerland en Martine Willemstein werken aan een akkoord om een impuls te geven aan ‘de lokale sport en ontmoeting’. Daartoe moeten organisaties op sportgebied zich volgens hen meer met elkaar verbinden. Ter voorbereiding van het Amstelveense Sportakkoord zeggen beide vrouwen in gesprek te zijn met ‘allerlei sportorganisaties, welzijn- en onderwijsinstellingen en het bedrijfsleven (groot en klein)’.
Het akkoord met de basis worden voor het gemeentelijke sportbeleid in de komende jaren. De organisaties en bedrijven kunnen trouwens ideeën indienen die in overleg daarin kunnen worden meegenomen. ‘Het kan gaan om het terugdringen van overgewicht of eenzaamheid, of het creëren van meer ruimte om te bewegen in een wijk’ , melden de formateurs.
Het Amstelveense Sportakkoord is een verdere uitwerking van het Nationaal Sportakkoord ‘Sport verenigt Nederland’, waarin ambities staan voor versterking van de sport en ‘optimale benutting van de maatschappelijke kracht ervan’.
Ambities
In het Nationaal Sportakkoord zijn zes ambities geformuleerd, uitgewerkt in deelakkoorden: Inclusief sporten en bewegen, Duurzame sportinfrastructuur, Vitale aanbieders, Positieve sportcultuur, Van jongs af aan vaardig in bewegen en Topsport die inspireert. De ambities van het Amstelveense Sportakkoord sluiten aan bij de uitgangspunten van het Nationaal Sportakkoord.
Van Soerland en Willemstein zijn inmiddels gestart met bijeenkomsten om met alle partijen in gesprek te gaan over de ambities. Het streven is om begin april 2020 het Amstelveense Sportakkoord op feestelijke wijze te presenteren.
